Aangezien eiser heeft verkozen mij in België te dagen, dient hij zich te realiseren dat hij volgens EEX instemming van een Nederlandse rechtbank nodig heeft vooraleer hij een uitspraak van een Belgische rechtbank in Nederland ten uitvoering kan brengen. Mocht het Hof van Eerste Aanleg jurisdictie nemen én de vorderingen van eiser toewijzen, dan ben ik voornemens de uitvoering van die uitspraak in Nederland aan te vechten. Dit betekent dat, ongeacht de vraag of deze rechtbank haar uitspraak nu uitvoerbaar bij voorraad verklaart of niet, haar uitspraak in Nederland niet uitvoerbaar wordt voordat een Nederlandse rechtbank zich erover uit heeft gelaten. Totdat ik bevel krijg van een rechtbank in het land waar ik woon en leef, ben ik voornemens de website te blijven onderhouden.

In het geval de Nederlandse rechtbank eveneens van mening is dat de website of enig deel ervan verwijderd dient te worden, acht ik mijzelf gebonden aan die uitspraak en zal ik zulks inderdaad verwijderen, voor zover de website dan nog altijd onder mijn controle is. Dat nu is precies wat de wet van mij verlangt: niets meer en niets minder. Eiser kan niet van mij vergen dat ik meer doe dan wat de wet daadwerkelijk van mij vergt. Indien eiser niet tevreden is met de rechten en mogelijkheden die de wet hem verschaft, dient hij zich bij het parlement te beklagen, niet bij de rechtbank. Voor wat betreft de relevantie van mirror-websites: ik ben het ermee eens dat hun eventuele bestaan de beoordeling van deze specifieke zaak niet behoort te beïnvloeden. Zulke mirrors zouden eiser evenwel aan het denken kunnen zetten over het nut van zijn zaak tegen mij.


Samenvatting en conclusie

Eiser heeft de omissie van zijn adres niet gecorrigeerd. Deze nalatigheid levert mij op meerdere manieren nadeel op. Alleen al om die reden is er geen grond voor de toepassing van EEX 5.3, terwijl deze bewuste omissie voldoende grond oplevert om eisers zaak volgens Belgisch recht nietig te verklaren.

Ik ben Nederlands ingezetene. De basisregel in EEX 2 stelt dat de zaak aanhangig gemaakt dient te worden bij een Nederlandse rechtbank. De uitzondering in EEX 5.3 stelt dat de zaak ook aanhangig gemaakt kan worden in het land waar de schadebrengende handeling heeft plaatsgevonden. Al mijn handelingen hebben echter in Nederland plaatsgevonden. Bij hoge uitzondering kan EEX 5.3 worden gebruikt om een zaak aanhangig te maken in het land waar de schade zich heeft gemanifesteerd, mits de vordering is gebaseerd op een onrechtmatige daad. In dat geval dient de daad zowel onrechtmatig te zijn op de plaats waar hij verricht is, als op de plaats waar hij voor de rechtbank wordt gebracht. Dat nu is in deze zaak niet het geval. Bovendien heeft de schade - voor zover er al van schade sprake is - zich hoofdzakelijk gemanifesteerd buiten België of heeft die zich voorgedaan los van, en ver voordat er sprake was van enige handeling mijnerzijds. En zelfs ingeval dit hof de zaak opneemt, dient Nederlands recht te worden toegepast.

De betwiste openbaarmaking van juridische documenten is volstrekt legaal. De beschuldigingen jegens eiser die in deze documenten naar voren worden gebracht, zijn waar. Door het karakter van de documenten worden deze


Vorige
Boven
Volgende