aan de
Rechtbank van eerste aanleg
kamer 8 B
Gerechtsgebouw
Britselei 55
Antwerpen
|
Conclusie van antwoord, België vs Panoussis, AR 99/6712/A.
Deze interventie heeft mij nog altijd niet bereikt volgens de vereisten
van de Nederlandse wet, wat zowel volgens de Belgische wet als de EEX
voorwaarde is. Niettemin wil ik, voor het geval ik op enigerlei punt
abuis ben, kort mijn positie weergeven:
1. |
Hoewel het doelwit van deze rechtszaak dezelfde is als die van
Clonen, namelijk (een deel van) mijn website, is de grond ervoor
een volstrekt andere; terwijl Clonen laster verwijt, vordert België
inbreuk op handelsmerk. Dit creëert een geheel nieuwe zaak, die op
zijn eigen merites beoordeeld dient te worden. De belangen van
België worden niet beïnvloed door de uitkomst van zaak van Clonen
tegen mij, noch omgekeerd. Om die redenen had deze zaak in een
zelfstandige procedure voor de rechter gebracht moeten worden en
niet door middel van een interventie. Gezien deze nalatigheid
dient de interventie niet ontvankelijk verklaard te worden. |
2. |
Vanwege dezelfde redenen als uiteengezet in mijn
conclusies jegens Clonen met betrekking tot de toepassing van EEX,
is de rechtbank niet bevoegd deze zaak in behandeling te nemen. De
bevoegde rechtbank is de arrondissementsrechtbank te Amsterdam. |
3. |
België lijkt haar vordering te maken op basis van
inbreuk op handelsmerk, terwijl het onduidelijk is of mij tevens
auteursrechtinbreuk wordt verweten of niet. Zoals eisers eigen
bewijsmateriaal aantoont, is het auteursrecht op het logotype van
de rijkswacht in handen van de ontwerper ervan, die de enige is die
wegens auteursrechtinbreuk kan procederen. Hoe dan ook is de
illustratie op mijn website ontworpen als een nieuw origineel,
dat hooguit lijkt op het logotype van de rijkswacht maar daar
zekerlijk geen kopie van is. |
3. |
Voor wat betreft de vermeende inbreuk op het
handelsmerk: handelsmerken genieten alleen bescherming tegen het
commercieel gebruik ervan door onbevoegden. Aangezien noch mijn
website als geheel, noch het specifieke gebruik van de illustratie
in kwestie op enigerlei wijze commercieel van aard is, kan
handelsmerkinbreuk zodoende niet plaatsvinden. Bovendien toont
eisers |
|